24 december 2008

FROSTY THE SNOWMAN IS A FAIRYTALE THEY SAY

Tegenwoordig lijkt het en vogue om alles wat met Kerstmis te maken heeft te verafschuwen. Toegegeven, ik begrijp dat mensen opgefokte liefdadigheid nogal hypocriet achten, maar los van heel het christelijke gedoe vind ik het persoonlijk ontzettend fijn om personen die me na aan het hart liggen eens iets cadeau te doen. Als dat zich dan op een 'afgesproken' tijdstip dient voor te doen, so be it. Anders komt het er toch niet van. En zou een old skool spontane knuffel de rest van het jaar verbleken naast een paar peperdure oorbellen.

Als volleerde Brit neem ik dus voor zover mogelijk deel aan het traditionele kerstfeest. Bij ons gaat dat dan zoals het hoort: op kerstavond is het volstrekt verboden om ook maar één presentje van zijn omwikkeling te ontdoen. In de plaats daarvan hang je met z'n allen voor de televisie, die trouwens dit jaar zal geprogrammeerd staan op achtereenvolgens Eastenders, My Family en Have I Got News for You. Daarna moet iedereen op tijd naar bed, want zodra Het Zusje de volgende ochtend haar ogen opent moet het hele huis uit zijn warme nest. Op zich is dat niet zo erg: op kerstdag hangt er immers -bij gebrek aan een volwaardige schouw- aan je kamerdeur een gevulde stocking. Met dit deze quasiheilige sok aan je arm bengelend strompel je de trap af om Haar met ongeduldige oogjes in de woonkamer te treffen. Zodra de mater familias een kop koffie heeft kunnen binnengieten is het zover: de kadootjes mogen open.

Nu, bij ons thuis bestaat de traditie dat het openmaken van de geschenken dubbel zo leuk is dan de werkelijke inhoud. La Mama is dé instandhoudster van deze gewoonte en meteen de reden waarom ik over de jaren heen al meer blanco rollers onder de boom heb getroffen dan ik tenen heb. Omdat Zij nogal loco durft om te springen met dit idee, neigen onze verpakte objecten kwantitatief nogal hoog te liggen. Het Record staat op 83. Voor drie personen. Dat klinkt nogal indrukwekkend, doch het grote nadeel bestaat erin dat op die manier plakband lospeuteren verschillende uren kan overbruggen. Als ukkepuk is dat natuurlijk geweldig, maar vanaf de tienerjaren begint dat stilaan te vervelen. En dan moet het hele kalkoengeneuren nog komen.

Echter, daar heeft de mama ook haar geheel eigen oplossing voor gevonden: een duel! Voor een cadeau open mag, dienen Het Zusje en ikzelf op een papiertje te schrijven wat we menen dat er onder het papier zit. Wie het juist geraden heeft krijgt een punt en zo wordt er een winnares aangesteld. You know the drill. Elk jaar opnieuw ontstaan er verhitte discussies tussen ons tweeën en wint Die Klenne omdat elk ingepakt voorwerp minstens drie dagen op voorhand haar gepor, gesnuffel en geschud heeft moeten ondergaan. Ook deze keer zal ik vermoedelijk het onderspit moeten delven, maar dat is op zich ook een beetje mijn geschenk aan Haar. Of dat maak ik mezelf achteraf toch steeds wijs.

Op dit moment is het halfzes 's nachts en de cadeautjes voor Het Zusje en La Mama zijn finally ingeduffeld. Om Het Zusje niet te makkelijk te laten triomferen startte ik vorige week mijn queeste naar dozen die in elkaar passen met telkens knisperend krantenpapier tussen. Hierna kon ik snel overschakelen naar mijn favoriete stap: de ornamentiek! Ik haalde De Inpakprullariadoos boven (Ja, ik heb dat. Ik ben een wijf.) en zocht de fraaiste lintjes en meest glinsterende frullen uit. Met Pattex in de ene hand en een glas G&T in de andere ging ik de vijf geschenken te lijf. Het mooist ingepakte is voor La Mama: een eiersnijder. Koekje van eigen deeg.

14 oktober 2008

I'LL BET THOSE GOLDEN TICKETS MAKE THE CHOCOLATE TASTE TERRIBLE

Tijd noch inspiratie voor om iets degelijks te schrijven, maar jullie mogen mijn motivatiebrief voor de masterproef bij Hessie wel lezen. Want dat zou op zich eigenlijk wél een post kunnen geweest zijn. Zou.

Als ukkepuk verhuizen naar Vlaanderen waar er letterlijk double Dutch wordt gesproken: eenvoudig is het niet. Je komt aan in het eerste leerjaar en verstaat geen woord van wat je medeleerlingen noch die vriendelijke juf te vertellen hebben. Ze mogen dan nog zo lief glimlachen, je trekt je na de verplichte scholuren toch maar terug in je kamertje om te lezen. Dat leerde je immers reeds in primary one en two in Glasgow.

Je leest Enid Blyton, Beatrix Potter en Roald Dahl in de oorsponkelijke taal, want in het Nederlands begrijp je er toch geen snars van. Twee maanden later praat je toch relatief vloeiend mee met je klasgenootjes, maar je mist de vrijheid en betovering die je in je boeken terugvond. Allemaal uitgelezen, dus je moet naar de bibliotheek. Echter, daar blijkt dat er enkel Engelstalige boeken zijn voor volwassenen. Teleurgesteld loop je langs de omvangrijke rekken vol kinderliteratuur en je vinger glijdt automatisch over de kleurrijke kaften. Plots zie je een prent dat je herkent. "Charlie and the Chocolate Factory! In Vlaanderen lezen de kinderen ook Roald Dahl!” Je beseft dat je hier toch zou kunnen thuishoren. Op je lezerskaart staat prompt je eerste Nederlandstalige boek: je gouden ticket voor het overleven van immigratie op jonge leeftijd.

Rond de kerstperiode kijk je dan jaar na jaar opnieuw naar Mel Stuarts Willy Wonka and the Chocolate Factory (1971), want die goeie ouwe Willy blijft je nog steeds bekoren. Bij elke kijksessie ontdek je zaken die je eerder niet waren opgevallen, waardoor je fascinatie voor zowel deze rolprent als het concept ‘film’ in zijn algemeenheid groeit.

De jaren verstrijken en je hogere opleiding gaat van start. Tijdens de eerste maand van je universitaire carrière maakt Tim Burton werk van een eigen adaptatie van je eerste Vlaamse bibliotheekboek. Zowel uit nostalgie als uit filmliefhebberij zit je tijdens de première van Charlie and the Chocolate Factory (2005) in de bioscoopzaal. Je betrapt jezelf op spontaan vergelijkingen maken tussen Gene Wilder en Johnny Depp, tussen Stuart en Burton en vrijwel de gehele story. Op dat moment besluit je dat je binnen vier jaar een thesis wil schrijven over wat je net hebt vastgesteld. Want geef toe, je tijd in het Vlaamse onderwijssysteem zowel beginnen als afsluiten met Willy Wonka maakt de cirkel toch meer dan rond?


25 augustus 2008

DAGEN VAN GRAS, DAGEN VAN STRO

Soms heb je van die dagen dat je hersenen Pekinees smog lijken. Dan roept een vriendin onverwacht je naam waardoor je bijna onder een wagen ligt. Om de hoek van het lokaal waar je zo meteen examen dient af te leggen.

Een uur -en twee van de zes essayvragen- later komt dan het besef dat je fancy sjaal en de jas die je cadeau kreeg van je beste compinche ergens verwaarloosd vertoeven. Oh ja, op het krakkemikkige houten stoeltje in de gang waar je trachtte te bekomen van je bijna-ongeluk.

Verontrust ga je tóch door met het ontwikkelen van de Grootste Schrijfknobbel Aller Tijden en vergeet je de Mondriaanovergooiers te noteren bij het oeuvre van Yves Saint Laurent, maar ben je blij dat je een braguette mocht aanduiden.

Zo'n dag had ik vandaag.

Of misschien had ik tijdens de vorige gewoon te veel koffie. Die waarop ik beslechtte dat ik ook maar zo’n persoonlijke blog moet, bijvoorbeeld.